Je moest je 'zondagse kleren' aan
Je wilde eigenlijk je trainingspak of iets dat vies mocht worden aantrekken, maar van je moeder moesten de zondagse kleren aan.
Je stapte in de auto op weg naar opa en oma
Altijd gezeik op de achterbank natuurlijk, tenzij je bijvoorbeeld op fiets- of loopafstand woonde. Dan was het gewoon gezeik op het zadel of gezeik op de stoep.
Dan kwam je binnen in het huis van je opa en oma
Waar die typische geur hing. En met de typische inrichting met sowieso exact deze lamp.
Waar deze stoel stond
De stoel waar eigenlijk alleen je opa op mag zitten. Standaard ook voorzien van een kussentje voor in opa's rug.
Je ouders dronken koffie en jij kreeg ranja
Ranja die vaak veel te zoet was. Maar je had van je ouders geleerd dat je alles wat je voorgeschoteld krijgt, moet eten en drinken. Zonder zeuren uiteraard.
Je kreeg je zoete ranja op gehaakte onderzetters
Die weer op een gehaakt kleedje op de tafel lagen. Of van die onderzetters van kurk, waar je steeds meer stukjes van af kon pulken die dan ergens in het vloerkleed verdwenen. Kon oma weer extra met de kruimeldief aan de slag.
Met een eierkoek
Met een schoteltje eronder tegen de kruimels natuurlijk
Je (groot-)ouders hadden zelf vaak een taartje
Een bananensoes of een tompouce ofzo. Niks te avontuurlijks.
Daarna pakte je oma spelletjes uit zo'n soort kast
Geen rare, hippe spelletjes, maar memory, ganzenbord, mens erger je niet, mikado en een stuk of wat legpuzzels (o wacht, dat is weer hip...)
Ergens in de middag kwam het bier en de wijn op tafel
Soms werd er ook een 'jonge borrel' gedronken. Je oma dronk de jenever met een theelepeltje suiker en er was ook altijd wel ergens een fles Berenburg of Advocaat te vinden.
Terwijl de ouders en grootouders nog een borrel namen, kreeg jij prikdrinken
Dan was je altijd weer zoet met bellen blazen in je prik totdat het een keer misging en je weer onder de frisdrank zat.
Je oma had 's ochtends hapjes gemaakt
Met van die prikkertjes erin enzo. Met een beetje mazzel mocht jij ze naar de woonkamer brengen. Je vader en opa wachtten vooral op de haring op roggebrood. Dat was dan haring die je opa zelf gevangen had, maar jij kon het niet zo waarderen. Je wachtte liever de 'toosjes' met kruidenboter af, of de Merci'tjes die een paar keer in een schaaltje langs zouden komen.
Nadat je vlug nog een rondje door 't huis had gedaan, was 't tijd om weg te gaan
Het bed, dat altijd keurig strak is opgemaakt. En natuurlijk met een sprei en net zo'n kast als in de woonkamer staat.
En bij het vertrek kreeg je altijd nog wat mee. Altijd hetzelfde
En zo zat je elke zondag dat je bij je opa en oma op bezoek was geweest weer op de achterbank. Nu niet ruziënd met je broers en zusjes, maar te genieten van je zakje spekkies.