1) Sterren als ogen
'Misschien niet heel eng, maar wel heel raar. Toen ik een kind was beweerde ik dat ik een onzichtbare vriend had met lichtruin haar en een nachtjapon. Ze had sterren als ogen. Later woonde mijn nichtje in ons oude huis en ze zei dat ze een vriend had die mij miste en die aan haar vroeg waarom ik was weggegaan. En vervolgens omschrijft ze hetzelfde meisje als de denkbeeldige vriend die ik had. Heel spooky.
Edit: Er is me verteld dat dit wel eng is, mijn excuses.'
2) Kerk
'Als kind wilde ik niet naar de kerk omdat mijn 'onzichtbare vriend' zei dat hij me niet naar binnen kan volgen.'
3) (Niet) overleden
'Toen mijn zoon vijf was, pleegde mijn neefje, de zoon van mijn zus, van vijftien zelfmoord. Hij en mijn zoon waren heel hecht en mijn neefje behandelde hem als een klein broertje. Mijn zus paste ook vaak op mijn zoon als ik aan het werk was, dus ze brachten veel tijd samen door.
Toen hij zelfmoord pleegde, vertelde ik mijn zoon dat hij ziek was van verdriet en daaraan was doodgegaan. En dit herhaalde ik iedere keer als we naar hun huis gingen zodat mijn zoon mijn zus niet zou vragen waar hij was. Tot hij een keer zei: 'Mam, ik weet niet waarom je steeds zegt dat hij er niet meer is, want hij is er nog wel. Hij zit altijd op mijn bed voordat ik ga slapen en praat met me.' Hij duldde geen tegenspraak en wist dingen die we hem niet verteld hadden. Een paar maanden later overleed de opa van mijn neefje en dat is het moment waarop mijn zoon zei dat zijn neef niet meer op bezoek zou komen. Hij zei dat hij een treinreis zou maken met zijn opa en niet meer terug zou komen. Het laatste wat hij had gezegd was dat het niet veilig was om met pistolen te spelen. Mijn neefje had zelfmoord gepleegd met een pistool. Iets wat we mijn zoontje niet verteld hadden.'
4) Stokken
'Mijn dochter had een denkbeeldige vriend toen ze vier jaar oud was. Volgens haar leefde hij onder onze veranda in de tuin en stak hij graag stokken in de keel van anderen. Ik heb haar snel ontmoedigd.'
5) 'Don'
'Toen mijn dochter een peuter was, sprak ze soms heel random over een man die Don heet. Ze omschreef hem altijd op exact dezelfde manier en leek helemaal niet bang. Ze ging niet naar de kinderopvang en we kenden niemand die Don heet. Op een dag ging ze ineens helemaal door het lint. Ze wilde niet meer alleen rondlopen in huis omdat ze bang was om Don tegen te komen. Ze wilde niet in haar eigen kamer slapen en had het constant over hoe erg ze hem haatte omdat hij gemene dingen tegen haar had gezegd. Ongeveer een jaar nadat 'gemene Don' begonnen was, hebben we een nieuw huis gekocht. Ze heeft het nooit meer over hem gehad.'
6) Johnny de soldaat
'Toen mijn zoon een jaar of drie was, had hij het vaak over zijn denkbeeldige vriend Johnny. Johnny droeg altijd groen en ook een groene hoed. Op een dag reden we langs een begraafplaats en mijn zoon wees uit het raam en riep 'dat is waar Johnny woont!'. Hij was heel klein en had geen besef van wat een begraafplaats was, dus we legden hem uit dat niemand op een begraafplaats woont. Dat het een plek is voor mensen die zijn overleden. Dat is wanneer hij ons vertelde dat Johnny een soldaat was in een plek met de naam Nam.'
7) Paris Jaris
'Toen mijn zusje vier was had ze een denkbeeldige vriend met de naam Paris Jaris. Mijn vader had een speelhuis voor haar gebouwd in de tuin en mijn moeder kon haar daar vanuit de tuin in horen spelen. Mijn zusje hield altijd theekransjes met Paris Jaris. Op een dag hoorde mijn moeder haar zeggen: 'Maak je geen zorgen, zolang ik leef zullen ze je geen pijn doen.' Ze pauzeerde en zei: 'Nou, als je dat doet kan ik je niet helpen. Het is niet aardig om mensen te vermoorden.' Toen mijn moeder later vroeg waar dat over ging antwoordde ze: 'Soms moet ik Paris er aan herinneren om aardig te zijn, anders wil ik haar niet meer zien.' We zijn niet lang daarna verhuisd en mijn zusje kreeg geen nieuw speelhuis in de tuin.'
8) Ganga
'Mijn zoon had een denkbeeldige vriend, Ganga. Ze woonde bij de vijver, had eendenvoeten en haar over haar hele gezicht. Ze at via een snee in haar keel en ze kon ieder moment aanschuiven om mee te eten. Hij was helemaal oké met het idee van dit vreselijke monster, maar had wel terugkerende nachtmerries over een puppy die z'n kamer in kwam. Kinderen zijn raar.'
9) Gevallen
'Mijn nichtje had een denkbeeldige vriend en toen mijn zusje me erover vertelde zei ze: 'vraag eens aan haar hoe ze eruit ziet'. Dus dat deed ik. Ze antwoordde: 'kapotte stukjes.' 'Oh, waarom is ze stuk?' 'Ze is uit onze boom gevallen.' Nope.'
- Bored Panda/Reddit
- Unsplash